Alsof je in een architectuurcatalogus stapt: Reitemakersrijge. De verscheidenheid aan bouwstijlen kan niet groter zijn. Wijlen mijn schoonvader, aannemer te Groningen, zou zijn bruingerookte vingers erbij aflikken. Metselwerk verheven tot kunst. Jugendstiltrekjes, modernisme, brutalisme, romantiek. De kenner spreekt dan al snel van eclectisme, waarbij de diverse stijlen van de gebouwen de straat tot één geheel maken. anderen spreken al snel van een rommeltje, een allegaartje, alsof ze een zending uit Griekenland geïmporteerde bastaardhondjes beschrijven.
Wereldberoemde architecten en kunstenaars bepalen het gezicht van Reitemakersrijge. Rem Koolhaas en Erwin Olaf zetten de toon aan de A-kant van Reitemakersrijge met een schitterend glazen toiletgebouwtje en aan de andere kant is het Piet Blom met het Minervagebouw. Nog een bijzonder fraai, hip glazen bouwwerkje: de voetgangerstoegang van de ondergrondse parking. Verder: gelijkvormige, vierlaagse huizen van rode baksteen uit het midden van de jaren negentig van de vorige eeuw. Het Blockhouse, economisch-industrieel erfgoed uit de jaren vijftig van de vorige eeuw. Nieuwbouw huizen met verticaal ingekerfde namen van overzeese gebiedsdelen die ons herinneren aan de slavenhandelperiode die Groningen in de topdrie van grootverdieners aan de slavernij plaatst. Een supermodern ogend gebouw met daarin de academie van bouwkunst. De achterzijde van academie Minerva met een postmodern cortenstalen hekwerk. En meer.
Echter, houd je vast, het meest interessante gebouw van Reitemakersrijge werd nooit gebouwd, een fantoomgebouw dus: De Wasknijper. De Amerikaanse architect John Hejduk (1929 -2000) tekende in 1989 een smalle, hoge woontoren, die, gezien van een afstandje, wel iets heeft van een wasknijper. Er kwam echter zoveel weerstand tegen het plan dat van uitvoering niets kwam. Wat wel van Hejduk werd gebouwd in Groningen was The Wall House aan het Hoornse Meer.
Heel speciaal aan Reitemakersrijge is de stalen getrapte steiger die naar het water van de A leidt. Een schitterende plek om te verpozen. Diehards overnachten er zelfs. Als ecologisch epicentrum geldt het grasveld dat schreeuwt om bevoetbald te worden. Archeologisch interessante vondsten, intimiderende knoeperts van steenbrokken, liggen her en der verspreid op het gras.