Een eerbetoon aan gewoon een erg goede stadshistoricus.

door | 15-01-2024 | Nieuws

Vlak voor Kerst schreef ik voor deze site een bijdrage over de herkomst van de unieke naam van de straat waar ik recent ben gaan wonen Van het Jat tot de oude Kijk in t Jatstraat. Op mijn zoektocht naar het antwoord op internet kwam ik onder meer terecht bij een aflevering van de serie Stadswandelingen van Oog tv. Dit betekende mijn eerste kennismaking met het werk van Beno Hofman die samen met Mirre van der Klok de Groningers tijdens de coronacrisis trakteerde op deze reeks historische wandelingen door de toen zo stille stad. Beno bleek een gedreven stadshistoricus, die de Groningers al decennialang op een onnavolgbaar boeiende manier voorzag van boeken, filmpjes, verhalen en andere presentaties over de geschiedenis van hun stad. Nieuwsgierig geworden, nam ik me voor meteen in het begin van het nieuwe jaar meer van het werk van deze man te zien, te horen, te lezen. 

Toen ik begin januari zijn naam intypte, verschenen echter op internet als eerste teksten óver hem. Lovende teksten waarin me duidelijk werd hoezeer hij in Groningen als stadshistoricus werd gewaardeerd. En hoezeer hij in Groningen in dit nieuwe jaar gemist zal worden.  

Wat hij als stadshistoricus voor de Groningers nalaat blijkt een onvoorstelbaar aantal filmpjes, teksten, verhalen, waarin hij de geschiedenis van de stad vanuit ‘het nu’ benadert en de bewoners centraal stelt. In zijn filmpjes maakt hij daarbij met een zichtbaar plezier dankbaar gebruik van zijn acteertalent, waarmee hij vaak in de merkwaardigste uitdossingen zijn zeer uiteenlopende typetjes neer zet. 

Alles is verzameld op zijn website: Beno Hofman, het Geheugen van Groningen. Daarop ontbreekt vooralsnog een trefwoordenregister, maar dat bleek geen probleem. Ook via internet was het heel goed mogelijk van hem te weten te komen wat ik graag aan hem zelf had willen vragen: Hoe verging het ‘mijn’ straat na 1624 toen het vroegere Jat door de afbraak van de stadsmuur geen doodlopende straat meer was, maar werd doorgetrokken over een nieuwe brug over de Noorderhaven, de nieuwe stadsuitleg in. 

Voor het antwoord was het nodig diverse afleveringen van de maar liefst 400 afleveringen van Beno’s stad te raadplegen, een genoegen dat leidde tot het antwoord op mijn vraag. De ontsluiting van het vroeger doodlopende Jat bracht voor de straat een ware metamorfose met zich mee. Er kwam bestrating, veel eenlaags huizen kregen een extra verdieping, bouwvallige huizen werden vervangen, kavels samengevoegd. En het werd drukker in de van oudsher wat doodse straat. De bewoners van de stad en het omringende gebied konden nu ook via deze straat de stad in en uit. Bovendien hadden de Staten van Groningen in 1614 een universiteit opgericht en gevestigd in het na de Reformatie (1594) verlaten Menalda- en Sywenconvent en het voormalige Minderbroedersklooster, aan weerszijden van de Broerstraat. Na een internationaal gerichte wervingscampagne schreven meteen in het eerste studiejaar zich al 82 studenten in, onder wie dertig buitenlanders. Dit aantal was tegen de tijd dat het Jat werd ontsloten al uitgegroeid tot ongeveer 600. Was aanvankelijk de Boteringestraat de voor de hand liggende toegangsweg tot de universiteit geweest, de studenten en hun docenten gebruikten nu steeds meer ook het Jat.

pastedGraphic.png

Detail van de kaart van Groningen door Egbert Haubois, ca. 1634.

De succesvolle start zou leiden tot de Rijksuniversiteit Groningen, een enorm instituut met nu ruim 37.000 studenten. Nog steeds gevestigd aan de Broerstraat, maar al lang uitgewaaierd over de stad en daarbuiten. Ook natuurlijk naar de Oude Kijk in ’t Jatstraat, grenzend aan het universiteitscomplex, een straat die ondanks alle veranderingen het middeleeuwse karakter heeft weten te behouden. Zo zijn in de Oude Kijk in ’t Jatstraat de twee zij-ingangen van het Academiegebouw tussen de historische bebouwing moeilijk te vinden. Ook het Universiteitsmuseum op nr. 7a verstoort het straatbeeld niet. De bescheiden ingang is bereikbaar via een steeg tussen de historische bebouwing. En de collegezalen van het Harmoniecomplex op nr. 26 met de nieuwe Letterenfaculteit en het Talencentrum verschuilen zich achter het historische voorplein en de gerestaureerde 19de -eeuwse voorgevel van de Harmonie, het vroegere culturele centrum van de stad. 

Een opvallende uitzondering is de Universiteitsbibliotheek. Historisch gezien staat dit moderne functionalistische gebouw met 2100 studieplekken op een passende plek: de kerk van het vroegere Minderbroedersklooster. Hier was namelijk ook oorspronkelijk de bibliotheek van de universiteit. Maar: de bibliotheek vult tegenwoordig tot de laatste meters het vroegere kloosterterrein waardoor op de plaats van de zijmuur van de kloostertuin tussen Oude Kijk in ’t Jatstraat nr. 9 en nr. 19. de zijgevel van het gebouw meteen aan de straat oprijst: een tamelijk blinde, saaie zijgevel die hier danig uit de middeleeuwse toon valt. En waar van de vroegere kloostertuin geen spoor meer te bekennen valt. 

Wellicht kan hier een geveltuin soelaas bieden. En ik stel voor die dan als eerbetoon aan de stadshistoricus die in Groningen zo node gemist gaat worden, de naam Beno Hofman-tuin te geven.  

Misschien ook interessant voor jou

Wilt u onze
vereniging
Steunen?

N

Een persoonlijke contributie bedraagt € 12,50 p/j.

N

Voor een huishouden van 2 of meer personen is deze slechts € 17,50 p/j.

N

U kunt zich aanmelden met uw NAAM, ADRES,POSTCODE en E-MAIL via hetakwartier@gmail.com o.v.v.”Lidmaatschap”
We nemen per omgaande contact met u op!