In vroeger tijden speelden kinderen vaak ‘oorlogje’. Soms verdeelden ze zich in twee groepen, en was het puur spel, maar soms ook was de ene buurt of straat de vijand van de andere, of de ene school die van de andere. Soms flakkerde het op en dan kwam het op gang. Met pijl-en-bogen en katapults, met blaaspijpjes en soms met de vuisten werd dan beslist wie gewonnen had. Maar meestal beperkte het zich toch tot schelden of het gooien met allerlei op straat liggende voorwerpen als dennenappels of paardenvijgen. Ook waren er normen die bepaalden wat je wel en niet kon doen, zo gold schoppen als ‘not done’ en als de tegenstander zoiets als ‘genade’ mompelde dan hield het vechten op.
De partijen stonden vaak op ongeveer dezelfde manier tegenover elkaar als de ouders: Grefo’s tegen Katholieken, of arbeiderskinderen tegen de klassenvijanden. Dat werd toen eigenlijk normaal gevonden en het justitiële apparaat mengde zich er niet in en evenmin kwam het op de TV.
Ernstiger oorlogjes werden in kermistijd uitgevochten tussen de jongelui van nabije dorpen. Het idee was dat als je kermis had in eigen dorp je de dorpsmeisjes, of ze nou wilden of niet, moest ‘beschermen’ tegen de jongens van andere dorpen. Bij dat soort relletjes vielen wel eens gewonden, maar ook dat werd eigenlijk met de mantel der liefde bedekt.
Hebben we die oorlogjes in deze moderne tijden ook nog? Jawel en hoe! De trainer Rinus Michels zei ooit: ‘Voetbal is oorlog,’ en daar heeft ie overvloedig gelijk in gekregen. Zowel de fans als de professionals op het veld gedragen zich zeer oorlogszuchtig. Ook op scholen en op straat tiert de, vaak racistische, vijandschap welig. Uit Amerika is bovendien iets overgewaaid dat dit soort animositeit tot een zeer riskante business maakt: bendevorming, gekoppeld aan betere en dus dodelijker bewapening.
Op vele plaatsen in Nederland zien we bende-achtige gevechten, messentrekkerij en vuurwapendreiging de kop opsteken. In mijn lijfblad Trouw stond een lijstje van tijdelijke schoolsluitingen wegens geweld: Beverwijk, Heemskerk, Baarn, Deventer, Amsterdam, Rotterdam en Oss in de periode van een jaar.
Het is een zegen voor onze buurt dat er geen scholen zijn en bovendien dat er geen groeperingen actief zijn van zich achtergesteld voelenden. Laten we dat maar zo houden